OBERKIRCH (Zwarte Woud)
We zeggen en schrijven 23-27 mei 2001
In hotel Renchtalblick te Oberkirch (Zwarte Woud) hadden we misschien wel de vriendelijkste hotelbaas ooit. Het Zwarte Woud, werd ter plaatse door enkelen ook wel eens omgetoverd tot ‘het Zwarte Bos’. De heer Richard Bähr deed er alles aan het ons zo gezellig mogelijk te maken. Niets was hem te veel.
Toch was er een kleine schaduwzijde. Met uitzondering van één persoon sliepen we allemaal op kamers naast elkaar, gelegen op de bovenste verdieping. De kamers en terrassen gaven ons een prachtig uitzicht over het stadje en de omgeving. Met uitzondering van één persoon…. Inderdaad. Ludo –de ongelukkige van dienst- trof het niet. Hij koos voor een single kamer en moest een honderdtal meter verder.
Ambetant om ’s avonds alleen en na een vermoeiende rit en dito ‘après rit’ (naar analogie van ‘après ski) de kamer terug op te zoeken.
Het parcours was ook niet van de poes. De heuvels, zeg maar bergen, waren onverwacht steil en lang. Sommigen namen dit de organisator van dienst uiterst kwalijk. Alsof hij, als niet klimmer, hier een hand in zou hebben?
We herinneren ons nog levendig de beklimming even buiten Oberharmersbach. Een klim vanuit de vlakte naar +1000 m, onvoorzien en dus lastig, zeker in zomerse temperaturen van 30 graden. Er kwam geen eind aan het draaien en keren. Tussendoor moesten we klimpercentages van tot wel 18% overwinnen. Makkelijk was anders.
De kookkunsten van de heer Bähr, eigenaar en kok van het hotel, waren ongeëvenaard en deden ons de vermoeienissen van de dagelijkse, lastige ritten vaak vergeten. Ik herinner mij nog goed dat hij de eerste dag een hoofdschotel met zalm op tafel toverde. Een enkeling vroeg onmiddellijk of dit alles was. “Nein, nein, essen Sie nun,” riposteerde hij direct. Het leek net of hij schepte de zalmmoten achter het hotel uit een beek. De moten, groot genoeg, kwamen in karrevracht aan. De rest was navenant.
Resultaat: een buik die op ontploffen stond, een coureur onwaardig.
Nadien kwam hij nog aandraven met diverse soorten Obstler, van eigen makelij. Aan ons de keuze: mirabellen, pruimen, bessen, noem maar op.
Een ander pluspunt aan ons verblijf waren de aardbeifeesten in Oberkirch. Fietsten we onderweg al langs kilometerlange aardbeivelden, dan waren de diverse aardbei-gerechten en dranken die op zaterdag in het centrum werden tentoongesteld en genuttigd een smaakbom in de mond. Onze smaakpupillen vaarden er wel bij. Het was vooral de aardbeilikeur die in de smaak viel.
Onnodig te zeggen dat de gevolgen later navenant waren.
Het was in Oberkirch ook dat er bijna een grote ruiloperatie op gang kwam, nl. een jeansvestje van Dries van Noten tegen…. Ja, eigenlijk tegen wat??
Zelf zijn we er nooit uitgekomen. Ik vrees de 2 hoofdrolspelers ook niet.
Onderweg naar Venetië hielden we opnieuw halt in hotel Renchtalblick. Nu ook weer werden we als keizers bediend. We werden zelfs gevraagd te poseren voor een groepsfoto voor opname in de volgende hotelbrochure.
Het hotel heeft immers iets met renners want de 2 jaren voordien, tijdens de ter ziele gegane Ronde van Duitsland, sliepen enkele profploegen in het hotel. Wij sloten mooi aan in dit rijtje van beroepsrenners :-) :-).